top of page
Zoeken
Jolanda Bos

Middeleeuwse ambachten in Midden-Italië, Florentijnse en Toscaanse wol- en zijdeproductie


Aanzicht op Florence

Het Toscaanse landschap is bekend om zijn kleurenpracht. Schakeringen van aardetinten, rood, bruin en geel wisselen elkaar af tegen een achtergrond van een lichtblauwe tot donkergrijze lucht. De kleuren in dit gebied zijn zelfs zo beroemd dat men kleuren vernoemd heeft naar steden uit deze streek. Toscane wordt jaarlijks bezocht door vele toeristen die zich er laven aan Italiaans eten en drinken, cultuur en kunst. Steden als Siena, Florence, maar ook kleinere steden als San Gimignano en Volterra herbergen vele kunstschatten uit de Etruskische periode, de Romeinse tijd of uit de tijd van de renaissance. Toscane was altijd een rijke landstreek. Dat komt door zijn grondstoffen, maar ook door schrandere handelslieden die zich er in de middeleeuwen vestigden. Beroemde families komen uit deze streek. Families die zich vooral verrijkten door investeringen in ambachten als textielproductie.

Rijkdom uit Toscane

De geschiedenis van een streek vormt het karakter, maar de meeste toeristen bezoeken hier tegenwoordig andere ambachten dan het handwerk waar de streek groot mee is geworden. Werkplaatsen waar albast en ceramiek wordt geproduceerd hebben tegenwoordig de overhand, terwijl ooit in deze steek voornamelijk textiel werd geproduceerd. Italië is sinds de late middeleeuwen en de vroege renaissance één van de toonaangevende producenten van textiel geweest. Toentertijd was Toscane het centrum voor wol- en zijdeproductie. Florence werd in de 13e eeuw de belangrijkste economische kracht in het gebied en de streek beleefde in die tijd een enorme bloeiperiode. In steden als San Gimignano bestreden de locale families elkaar letterlijk om de top door in de stad te wedijveren om de bouw van de hoogste toren. San Gimignano was een plaats met wereldfaam. Munten geslagen in Florence, de gouden florijn, die voor het eerst werd gemunt in het jaar 1252, werd zelfs de standaardmunt in Europa. Textielproductie kwam op en gaf Toscane faam om de wollen stoffen die er werden geproduceerd. Een eeuw later werd dit een ware ‘industrie’. Zelfs in kerken, op fresco’s treft de bezoeker nu nog de resten van wolproductie. Aanvankelijk werden alleen ruwe wollen stoffen uit Frankrijk afgewerkt, maar later werd zelfs ruwe wol uit Engeland geïmporteerd. Deze industrie beleefde een bloeiperiode tot ver in de 15e eeuw, waarna ze langzaamaan plaatsmaakte voor de productie van zijde.

Zijdeproductie in het gebied rond Florence

In de late middeleeuwen viel de vraag naar wol uit dit gebied weg en nam een heel andere stof de plaats van de wol in, zijde. Deze exotische en toen nog zeer zeldzame stof, gemaakt van de cocon van de zijderups (bombyx mori), kwam pas omstreeks de 11e eeuw naar Italië met een lange omweg. Terwijl zijde in China zeker al sinds 3000 voor Christus werd geproduceerd, was het ontstaansproces ervan een van de best bewaarde geheimen tot het langzaam, door listige bedrijfsspionage van monniken in de 6e eeuw naar Constantinopel werd gevoerd. Via Constantinopel werd de zijdeworm rups? uiteindelijk pas in de middeleeuwen in de Westerse wereld geïntroduceerd. Dat gebeurde via Italië, via Toscane om precies te zijn. Hij werd er gebracht door wevers uit de Arabische wereld, die zich er vestigden en hun kennis overdroegen aan de inwoners uit de regio. Italië werd vanaf die tijd een belangrijk centrum voor zijdeproductie. Boeren uit de Toscaanse heuvels werden zelfs verplicht een deel van hun land te bebouwen met bomen waar de zijderups zich mee voedde en op die manier werd iedereen geconfronteerd met de productie van dit materiaal. Gedurende de renaissance produceerden veel steden in Toscane massaal zijde voor de internationale handel. Zijde beheerste de wereldhandel. In de stad Lucca was de zijdeproductie lange tijd een zeer belangrijke bezigheid en de stad telde meer dan duizend weefgetouwen. Handelaren in zijde werden setaiuoli genoemd en zij waren vaak tegelijkertijd bankier en handelaar, want investeren in deze zaken was een zeer kostbare aangelegenheid.

De Medici, Pitti, Strozzi en andere families

Misschien zijn namen als De Medici, De Pitti en De Strozzi wel de meest bekende familienamen uit de Toscaanse geschiedenis. Wie de regio bezoekt komt ze tegen in straatnamen, namen van paleizen en grote villa’s en als opdrachtgevers van kunstwerken. Zij investeerden in de zijdehandel waar hun families uiteindelijk groot mee werden. Internationaal gezien was Italië vooral gedurende de renaissance een van de belangrijkste zijdeproducenten met beroemde klanten. Het Ottomaanse hof bijvoorbeeld, werd zelfs een belangrijke koper. In Florence nam de zijdeproductie voor die tijd gigantische vormen aan, met getallen als 92.000 pond zijde per jaar en 88 werkplaatsen. De Arte di Seta, het zijdegilde en hun investeerders werden belangrijke groeperingen. Florence werd vooral bekend om de productie van het zogenaamde auroserici, zijde vermengd met gouddraad. Ook in Siena en andere steden werd zijde geproduceerd. Hoewel er een geduchte rivaliteit tussen de steden ontstond, kon geen enkele stad de productie van Florence evenaren. In Toscane werd nu brokaat, damast en satijn geproduceerd. Tegenwoordig is er weinig meer dat herinnert aan deze levendige productie en handel in textiel, de zijderups wordt niet meer gekweekt in Toscane. Voor de bezoeker aan het land is het dan ook nauwelijks bekend dat het dit materiaal was dat de steden ooit heeft grootgemaakt. En dat is bijzonder, want een zo massale productie van dit materiaal moet toch zijn sporen nagelaten hebben in deze wereld waar kunstvormen en ambachten nog steeds zo worden gewaardeerd. In een volgend artikel vertel ik u binnenkort meer over de restanten van deze textielproductie in Toscane

543 weergaven0 opmerkingen
bottom of page